Vancouver Island - Reisverslag uit Campbell River, Canada van Linda Hurkens - WaarBenJij.nu Vancouver Island - Reisverslag uit Campbell River, Canada van Linda Hurkens - WaarBenJij.nu

Vancouver Island

Blijf op de hoogte en volg Linda

31 Mei 2018 | Canada, Campbell River

Hallo allen,

Tijd voor een update!
Ik zit op het moment aan een picknicktafel op de prachtige camping ‘Ralph River’. Waar dat zo precies is? Het voelt als compleet de middle of nowhere. Ik heb best een ritje gemaakt in m’n auto (met vele stops voor korte wandelingen en uitzichtspunten onderweg) en de reden dat ik nog het idee heb dat er nog wat andere mensen op deze wereld zijn, is vanwege de enorme hoeveelheid tegenliggers die ik tegen gekomen ben. Het is hier namelijk het “May long weekend” geweest, net zoals bij jullie geloof ik, en dat betekent hier dat iedereen 3-4 dagen gaat kamperen. Ik heb dus een paar dagen al met moeite plek kunnen vinden om te overnachten, en kan nu de hele stroom mensen die op weg naar huis gaat en hun normale leventje weer beginnen (met plezier!!) gedag zeggen. Het laatste half uurtje rijden ben ik zo goed als niemand meer tegen gekomen, en werden de uitzichten over het water en de opdoemende bergen steeds spectaculairder. En nu is zelfs mijn tijd aan deze picknicktafel best boeiend. Ik ben omgeven door wat verschillende vogels (een soort roodborstje, een raaf en nog wat gevalletjes die ik niet ken), een eekhoorn en een enorm grote mier die hier nu over tafel kruipt. Alleen de geluiden van de natuur om me heen, en dan uitzicht over wat spectaculaire heuvels: ik heb niet te klagen! :P
Waar ik precies ben? Ik zit op Vancouver Island, ergens in Strathcona Park. Ik heb mijn tijd in Whistler alweer een tijdje geleden afgesloten met nog wat fantastische dagen skien! Er waren weer winterse condities (=geweldige sneeuw), en daardoor heb ik echt nog een aantal dagen flink genoten van allerlei afdalingen – waaronder best een aantal nieuwe uitdagingen. Ook heb ik het seizoen af kunnen sluiten met het echte ‘Spring-skiing’ waarbij de temperaturen op de berg oplopen tot zeker boven de 10 graden (en ik kan je vertellen: in het zonnetje met al je skikleding voelt dat aan als hartje zomer), en ben ik zelfs al een aantal dagen aan het kamperen geweest. Voor eind April vind ik dat best een record om al op een camping rond te banjeren – in je shirt en korte broek!! – en zelfs even te gaan zwemmen in dat meer waar je niet zo heel lang geleden nog op kon schaatsen. Toegegeven: het was koud, maar ook heerlijk tegelijkertijd!

Na het camping tripje werd het tijd om op zoek te gaan naar een auto’tje om de komende maanden mee rond te kunnen trekken. Ik had voor begin Mei namelijk een ‘workaway’ gepland staan, en moest voor die tijd dus alles rond hebben (enige alternatief: met heel veel spullen rond gaan sjouwen, op dit moment past lang niet alles meer in mijn backpack). Gelukkig is dit allemaal ook gewoon in een dagje gelukt, en kon ik met mijn dodge caravan (a.k.a. “soccermom car” kreeg ik al te horen) terug naar Whistler rijden. Hier stonden me dan nog wat drukke dagen te wachten: spullen pakken, maar tegelijkertijd ook nog zo veel mogelijk genieten van de laatste dagen skien, en dan wil ik toch die ski’s ook graag verkopen, en nog afscheid nemen van iedereen, en ik weet niet hoe ik het mezelf nog zo aardig druk heb kunnen maken die laatste dagen, maar het was af en toe even stressen! Waarschijnlijk hielp het feit dat ik geen parkeerplek had voor mijn auto, en deze 2-3x per dag van locatie moest wisselen, ook niet echt mee... maakt het spullen pakken er niet echt handiger op. Wel nog een erg gezellige spelletjesavond gehad met het trouwe groepje en nog een avondje uit eten geweest met deze mensen + Antje (heerlijk 3-gangenmenu bij best een luxe restaurant – ze hebben allemaal aanbiedingen aan het eind van het seizoen als er zo goed als niemand meer op de berg is, behalve de seizoenswerkers zo ongeveer). Zo mijn tijd is Whistler wat overhaast, maar ook goed afgesloten: ik was klaar om weer op pad te gaan!

Op de ochtend van 1 Mei sprong ik dan mijn auto in, op naar Horseshoe Bay (de ferry terminal net ten noorden van Vancouver). Het was een mooie zonnige dag, met nog wat leuke stops onderweg (o.a. een bezoekje aan Brandywine Falls) en met het cd’tje van de Lion King op was het gevoel compleet! Ik ben weer op pad :D
Alhoewel het nog niet echt reizen is (ik had dit ene dagje om van Whistler naar Cobble Hill op Vancouver Island te gaan en daar mijn workaway te beginnen – wat nog steeds soort van werk is), was ik helemaal tevreden vandaag. Op de ferry werd er zelfs gezegd dat we kans hadden om walvissen te zien – ze waren minder dan een uur geleden nog gespot op de route. Normaal gesproken vind ik het altijd al heerlijk om buiten te staan op de ferry en te genieten van het uitzicht: nu stond ik al helemaal te popelen en rond te turen vanaf het dek. Helaas tevergeefs... alleen iemand met een lens ongeveer 100x krachtiger dan die van mij zei dat hij wat zag bewegen... beetje hopeloos dus. Desalniettemin een mooi – maar windy – tripje op het water. Van Nanaimo begon mijn reis naar het zuiden dan, nog iets meer dan een uurtje rijden te gaan voor ik in Cobble Hill ben. Ik was hier van plan nog wat stops te maken, genieten van het uitzicht, misschien een wandelingetje te doen ergens – maar niets van dat alles lukte... Ik was beland op de Trans-Canada Highway ofwel de Highway 1, waarschijnlijk echt het minst interessante ding dat je in Canada tegen zult komen (en ja: het gaat helemaal van Victoria, het hele land door, tot ergens in het Oosten. Mensen hebben het op hun to-do lijstje staan om deze hele highway af te reizen, en ik weet ondertussen ook van mijn bezoekje aan Victoria dat busladingen Aziaten stoppen bij het 0,0 km bord van deze TCH... ik kan me wel leukere tripjes voorstellen). Zo was ik dus al sneller dan verwacht in Cobble Hill, werd ik hier erg enthousiast begroet door 2 van de 3 honden (de twee grote ‘Bear’ en ‘Loki’ waren altijd enthousiast, dan was er nog zo’n klein kefding (‘Daisy’) dat ook letterlijk niets anders deed) die bijna mijn auto insprongen nog voordat ik de motor uit had kunnen zetten. Helaas was het welkom door de gastvrouw (Bridget) iets minder hartelijk. Ze was druk bezig met de was, ik kreeg meteen te horen hoe stressvol haar dag was en hoe alles altijd verkeerd liep. Daarna kreeg ik te horen dat zij die dag erna ook weer erg druk was en zo goed als de hele dag van huis zou zijn, dus ik zou alles met de dieren enzo alleen moeten doen. Er lag een lijstje voor me klaar met de taken, en toen zijn we nog 4 rondjes om het hele huis heen gelopen zo ongeveer en heeft ze me denk ik nog wel 10 andere taken gegeven voor de komende week. Allemaal niet zo erg, maar ik was die ochtend best wel vroeg opgestaan – had enkele uren in de auto gereden en had daarnaast een mooie maar ook wel vermoeiende (buiten in de wind) ferrytocht gehad en was vanwege de hitte half uitgedroogd. Dit was een kleine overload aan informatie, en aangezien ik de dag erna alles zelf moest doen met alle verschillende dieren die hier te vinden zijn, was dat best even veel om te verwerken. Ook een heel andere ervaring dan bij de andere plekken tot nu toe, waar ik meestal samen met de owners aan het werk ging. Maar oké, we zien wel hoe het morgen gaat.
Uiteindelijk heeft ze me dan ook mijn slaapplek gewezen, en was het tijd om alle dieren achter slot en grendel te stoppen. Dit was best een karwei, met iets van 8 verschillende soorten kippen die allemaal hun eigen huisje hadden, dan nog wat kuikens die eerst opgesloten moesten worden, en daarna konden de ‘guinee fowl’ (????????????????????????????????????????) erbij in het hok. Hetzelfde gold voor de eenden, waar de kleintjes er eerst in moesten, en daarna konden de grotere dit gebied in en naar hun eigen hok toe. Dan had je nog wat kalkoenen overal los rondlopen, was er een pauw, een paar konijnen, nog 2 eenden, 2 geiten en een paard. Allemaal door elkaar op dit doolhof, allemaal met hun eigen hokje en allemaal op een bepaalde volgorde. En dan nog de uitzonderingen: de haan die opgesloten zat in een hok en er niet in of uit mocht, de zwarte kip die kon vliegen en dus overal rond liep (en meestal bij de grote eenden sliep) en een ander eendje dat dan weer juist bij een groepje kippen de nacht doorbracht. Begrijp je de verwarring al? En dan 300 verschillende mechanismen om deuren te sluiten, en nog een uur aan verhalen over wat onkruid is, wat ook onkruid is “maar met mooie bloempjes dus die mag je laten staan” enzovoort enzovoort. En in de ochtend is het dan niet alleen een ronde doen om iedereen eruit te laten, maar moet je ze ook nog eten + drinken geven. Wie welk eten krijgt en hoeveel, dat heeft me tot dag 3 geduurd om dat uit te vogelen geloof ik.

De eerste dag op deze boerderij: spannend dus, maar ik heb het gevoel dat ik er klaar voor ben. Ik heb mijn lijstje, weet in welke volgorde ik de verschillende dingen moet doen, en ondanks dat het nog niet echt super snel gaat, ging alles een stuk beter dan verwacht – of dat dacht ik in ieder geval. Na alle dieren goedemorgen gezegd te hebben en dat lijstje afgewerkt te hebben, ben ik dan op zoek gegaan naar ontbijt. Ik realiseer me nu pas dat ze me helemaal niets verteld heeft over waar ik wat kan vinden, en er is verder niemand thuis. Dat is dus maar alles opentrekken en rondkijken. Daarna aan het werk met de overige dagelijkse dingen: Tippi’s (het paard) hooi aanvullen, poep scheppen en plantjes water geven – dit lukt me wel. Rond 11 uur kwam Bridget even thuis, en toen brak de paniek echter los. Tippi was in de wei gras aan het eten, en dat mag ze deze tijd van het jaar maar een uur per dag. Geen idee hoe lang ze daar al was, en ook niet hoe ze daar gekomen is. Ik kan me niet herinneren dat hek opgen gemaakt te hebben (ik hoefde helemaal niet die kant op – dus ik denk dat we het die avond daarvoor open gelaten hebben), maar ik kreeg niet de fijnste reactie van Bridget hier. Ook niet heel gek natuurlijk, zij was lichtelijk in paniek en moest het paard nu de komende uren in de gaten gaan houden. Voor mij natuurlijk een fantastisch begin van mijn verblijf: dag 1 en ik kon de reden zijn dat het paard niet heel lang meer te leven had... Aan de andere kant voelde ik me ook wel kwaad: laat me dan ook niet alleen op de eerste dag – en waarschijnlijk ben jij simpelweg vergeten het hek dicht te doen toen je Tippi de dag ervoor weer naar binnen bracht. Deze dag en de dag erna dus wel 100x gedacht of ik wel hier bij deze familie wilde blijven. Er werd veel van me verwacht, ik moest alles alleen doen en ook aan het eind van dag twee kreeg ik niet echt het gevoel dat ik ooit iets goed zou doen in de ogen van deze vrouw.
De man was best aardig, maar die heb ik in totaal een uurtje gezien ongeveer denk ik. Hij vertrok naar Nepal voor een reisje van 2 weken. De kinderen waren complete tegenpolen: één van de meiden was erg sociaal en behulpzaam, de ander volop puber en ik heb in twee weken niets aardigs uit haar horen komen. Maakt het gezamenlijke dinner ook erg gezellig :P

Interessant verblijf hier dus. Ik heb uiteindelijk besloten te blijven voor de geplande twee weken, en heb ook nog best een leuke tijd gehad hier. Allereerst kwam er op mijn 3e dag hier nog een Engels koppel aan. Zij waren beide erg relaxt, en in plaats van in mijn eentje te werken, waren we dus ineens met z’n drieen. Waarschijnlijk heb ik het hier ook volgehouden dankzij de vele afwezigheid van de vrouw des huizes, in plaats van ondanks. Als laatst waren al deze dieren simpelweg geweldig, was het prachtig weer, kon ik in de vrije uurtjes aan de auto klussen, en heb ik wat tripjes gemaakt in de omgeving. Gelukkig werd zelfs Bridget ook wat aardiger naar het eind van deze tijd (ik denk ook niet dat ze het verkeerd bedoelde, maar ze was zo iemand die veel negatiefs ziet en alles met een zucht doet, en zelf ook een aardig rijtje problemen had).
Als toppunten van deze trip: zwemmen in de quarry met Grace (de sociale dochter), Ben en Kitty (het koppel van de UK), een leuk bezoekje aan Duncan met vele vriendelijke mensen, geiten achternazitten die weer eens ontsnapt zijn, een spontaan tripje naar Cowichan Bay (schattig haventje), alle kleine baby eendjes nog net kunnen zien op mijn laatste dag, en mijn eerste otter gespot! En zo zijn deze twee weken eigenlijk extreem snel voorbij gevlogen! Veel plannen voor de rest van de trip heb ik nog niet gemaakt, en ik heb zelfs mijn gordijnen voor in de auto niet afgekregen – nog steeds te druk gehad dus! ;)

Wel had ik al besloten dat ik richting Tofino/Ucluelet/Pacific Rim zou gaan. En zo dus op 14 mei weer vertrokken naar het Noorden, weer die fantastische Highway op, en pas vanaf Parksville dan stops gaan maken. Gelukkig was dit tweede deel van de weg naar Tofino een stuk interessanter, en had ik het idee vaak langer te wandelen of op uitzichtspunten te zijn, dan daadwerkelijk in de auto door te brengen. Gelukkig had ik de dag ervoor ook al besloten dat ik waarschijnlijk niet moest proberen in 1x naar Tofino te rijden, maar ergens halverwege maar moest kamperen. Ik had iets gelezen over Sproat Lake en de camping daar, en dacht dat dit wel een goed punt was om deze reis op te splitten. Zonder al te veel verwachtingen dus op deze camping aangekomen – en dit bleek echt een geweldige plek te zijn!!! Aan een meer, uitzicht over wat bergen in de verte, en nog steeds heerlijke zonnig weer. Ik was compleet overhit na de hele reis en de temperaturen hier (25+), dus ik was wel klaar voor een duik om even af te koelen. En compleet onverwacht (het was een groot meer) was de temperatuur van dit water ook nog eens erg aangenaam! Dit was niet zomaar even een duik nemen en er trillend weer uit rennen, hier kun je makkelijk enkele uurtjes in het water doorbrengen. Even gezwommen, daarna kennis gemaakt met mijn ‘buren in het water’ (2 mannen uit Port Alberni die hier ook van het lekkere weer aan het genieten waren), een hele namiddag gezellig gekletst, en uiteindelijk nog een keer dat water in moeten springen omdat het me weer te warm werd!
Daarbovenop werd dit het eerste nachtje dat ik in de auto (met mijn zelfgebouwde bedframe) zou gaan slapen – een onvergetelijk verblijf hier dus!

Dag 2 begon ik dan ook vol goede moed weer aan mijn trip. Warm + zonnig en dit leek niet snel te gaan veranderen. Ook vandaag weer wat stops gemaakt en wat mooie wandelingen kunnen doen (van vandaag en gisteren de verzameling: Englishman Falls – blijkbaar vernoemd naar een Engelse man die hier verdronken is... –, Little Qualicum Falls, één of ander gek hippie dorpje met geiten op het dak van een marktje + restaurant , Catherdral Grove met zijn eeuwenoude en enorme bomen, en nog een random rest area ergens geloof ik zo). Eenmaal aangekomen bij het Visitor Centre van Pacific Rim National Park aan de westkust van het eiland had ik er echter spijt van vanochtend een korte broek + shirtje aangetrokken te hebben. Ik heb in niets anders rondgelopen de afgelopen weken en het was dan ook een extreem vreemde ervaring om het te koud te hebben. Met de wind hier die de koude zeelucht over het land blaast, is het hier echter minimaal 10 graden koeler. En daarbovenop laat het zonnetje zich hier ook niet meer zien. Slingerend over het laatste stukje van de weg zag ik de wolken al aankomen, en ik ging steeds meer naar dat grijze landschap toe. Eerst waren de weersvoorspellingen ‘zon voor de komende 5 dagen, met alleen af en toe een wolkje’. Blijkbaar is dat binnen een dag veranderd naar ‘2 dagen bewolkt met kans op regen, en daarna 2 dagen zon’. En zou het worden ‘4 dagen bewolkt met anderhalf uurtje zon’. Nog steeds heb ik echter niets te klagen, want alle regen die gevallen is, heeft dat ’s nachts gedaan op wat kleine druppeltjes na. Iedereen had me al gewaarschuwd voor de westkust: je krijgt daar gegarandeerd regen, maar voor mijn gevoel heb ik die toch redelijk overgeslagen.

Allereerst heb ik 2 dagen in Pacific Rim National Park gekampeerd, en heb beetje bij beetje zo goed als alle wandelingen gedaan in het park. Het landschap deed me hier een beetje denken aan een combinatie tussen de Catlins en Abel Tasman (Nieuw Zeeland). Je wandelde hier vanuit het regenwoud direct het strand op, en kon zo weer de beschutting van de bomen in. Verder waren het lange zandstranden hier, met wat rotsen her en der en een redelijk kalm ruisende zee. De camping waar ik de eerste nachten verbleef, was zo goed als direct aan Long Beach. Deze avond dus meteen maar een tripje gemaakt naar het strand, wat over de rotsen geklommen en over de zee aan het turen. Hier werd ik dan ineens aangenaam verrast door iets wat leek op een walvisstaart die onder ging in de verte. Uiteraard keek ik niet precies die kant op, en zag ik slechts kort een beweging, dus zeker ben ik niet (en het was ook best een stukje weg natuurlijk). Niet heel veel later werden er vanaf die plek enkele van die ‘uitademwaterwolkjes’ zichtbaar, en zag ik ook dat enkele boten zich rondom deze plek verzameld hadden. Tofino is aardig bekend vanwege het ‘Whale Watching’, en nu wist ik dus zeker dat ik hier naar enkele walvissen aan het kijken was. Veel meer dan dat pluimpje en een kleine grijze blob zo af en toe zag ik echter niet. Dus ja: super gaaf dat ik walvissen gezien heb vanaf de kust! Maar nee: het voelt toch ook niet echt alsof ik walvissen gezien heb haha.

Na mijn verblijf in Tofino ben ik dan doorgegaan voor nog 2 daagjes in Ucluelet. Zoals gewoonlijk vond ik deze ‘underdog’ de betere optie van de twee. Ucluelet heeft geen zandstranden, maar zwarte rotsen en dus een veel ruigere uitstraling. Daarnaast had het dorpje hier een leukere uitstraling, kwam ik terecht in een hostel met fantastische tuin (inclusief enorme schommel!!!), en was de trail hier minstens zo mooi als alle korte trails die ik in het National Park gedaan had. Wel heb ik het hostel na de eerste nacht verlaten: het was fijn om weer een volledige keuken te hebben, binnen te kletsen met alle mensen en even vanalles op te laden; maar het gebrek aan zuurstof in de slaapkamer was verschrikkelijk: ik moest weer buiten slapen! Zo de dag erna dus op een camping beland – met sauna en hot tub – dus ook daar had ik zeker niet te klagen!

Na mijn bezoekje hier ben ik weer terug gereden naar Port Alberni, en van daaruit naar het noorden gegaan. Ik heb hier één nachtje in de buurt van Courtenay geslapen (op een soort parkeerplek aan een klein haventje waar wel vaker van’s / RV’s en dergelijke parkeerden, en dus niet hoefden betalen). Wel even spannend, maar wat een geweldige plek was dit! Ik moet de mensen van het visitor centre even bedanken dat ze me op deze plek gewezen hadden. Direct aan het water, met prachtige uitzichten over de eilanden aan de overkant, en een geweldige zonsondergang!!! In de ochtend wakker geworden met het geluid van zeehonden ergens een stukje verder weg, en vervolgens 2 otters zien chillen in het water hier. En dat allemaal gratis en voor niets haha!

Hierna staat dan een bezoekje aan Strathcona Provincial Park te wachten. En dit is ook meteen vanaf waar ik mijn verslag ben begonnen, met het landschap dat me hier aangenaam verraste! Er zijn hier wat grote meren, en overal ben je omgeven door best wel aardige bergen. Ik had niet verwacht dat er zo’n hoge bergtoppen te vinden zouden zijn op dit toch best smalle eiland (van west naar oost). In plaats van een kort bezoekje ben ik dan ook meerdere dagen in dit park gebleven, heb ik op 3 verschillende plekken gekampeerd en vele hikes gedaan. Twee van de wandelingen (Flower Ridge en Crest Mountain) waren vooral echt een lange klim omhoog, waar je na enkele uren eindelijk beloond werd met het uitzicht. De eerste tocht is dat nog best prima, de tweede keer werd ik al deze bomen wat beu. Want je bent hier echt continu omringd door enorme bomen overal, en hoewel ze vaak ook wel mooi of indrukwekkend zijn, kan het ook echt te veel worden. Gelukkig waren er ook wat andere trails, en kon je ook altijd genieten van de openheid van de meren hier. Zo heb ik dus wat geweldige wandelingetjes gemaakt naar wat watervallen, en werd ik op mijn eerste overnight hike dit seizoen ook aardig verrast door het landschap. Ik had wat rondgevraagd of deze trail de moeite waard was, en kreeg verschillende reacties. Met niet al te hoge verwachtingen dan aan deze tweedaagse tocht begonnen, en vooral gedurende het stuk van de eerste naar de tweede campsite aangenaam verrast door de natuur hier. Ik was al enkele kleine stroompjes over gegaan en had ergens tot kniehoogte in het water gestaan om de overkant te bereiken. Genoeg avontuur dus. Na mij tent opgezet te hebben op de eerste campsite ben ik dan nog wat verder gaan lopen en hier was ik echt verbaasd: al snel kwam ik best een grote waterval tegen in een soort van smalle kloof, die toch wel enkele tientallen meters naar beneden kletterde. Niet heel veel later was het al tijd voor waterval 2 waar ik wat over de rotsen moest lopen en springen om naar de overkant te komen. Dit werd gevolgd door de derde en laatste waterval, die misschien niet net zo hoog was als de eerste, maar zeker even spectaculair door de hopen sneeuw die hier nog te vinden waren. Er was zelfs een soort sneeuwtunnel waar ik doorheen gekropen ben om weer verder te kunnen wandelen, en vanaf hier kon ik de waterval bekijken met een soort van (sneeuw)dakje boven mijn hoofd. Het was echt een gave plek! Helaas heb ik het einde van de trail niet helemaal bereikt. Het zou naar ‘landslide lake’ gaan. Deze trails zijn echter een stuk minder goed gemarkeerd en onderhouden als de trails in een nationaal park (wereld van verschil...) en dus is het af en toe echt zoeken waar het nu verder gaat – vooral als er veel bomen omgevallen zijn en de trail een beetje overal en nergens heen gaat om maar verder te kunnen komen. Zo kwam ik dus ook op een stuk aan waar ik het ene moment nog zeker wist de goede richting in te lopen, en vervolgens echt geen idee meer had waarheen ik moest gaan. Na wat zoeken en wat proberen, besloten dat het langzaamaan helaas net wat te laat op de dag werd om in m’n eentje nog verder van de trail of te dwalen (of misschien zat ik er gewoon op... maar het feit dat ik het niet wist baarde me wat zorgen). Dus maar omgekeerd en nog een keertje kunnen genieten van de drie watervallen op de weg terug.
Gelukkig heb ik wel een nachtje heerlijk geslapen! Eerst was ik weer wat onzeker vanwegen al het wildlife hier (beren, wolven, poema’s), maar op de kampeerplek was er gelukkig een zogenaamde ‘food locker’ aanwezig: een stevige metalen kist met sloten die niet door de dieren opengemaakt kunnen worden. Dit was al geruststelling nummer 1. Daarna hoefde ik gelukkig ook niet ’s nachts mijn tent uit om naar de wc te gaan, wat ook altijd voor wat extra spanning zorgt. En als laatst heb ik geen gekke geluiden om me heen gehoord, was er geen gesniffel aan de tent, en kon ik dus ongestoord genieten van mn nachtrust.

Na dit hele avontuur besloot ik dat het tijd werd voor iets meer bewoonde wereld en een douche. Aangezien ik al ruim over de helft op weg was naar Gold River, besloot ik dit plaatsje maar eens te gaan bezoeken. Hier was echter niet heel veel toerisme te vinden, en had ik de keus uit 1 camping – helaas zonder douches. Dit werd echter al snel goedgemaakt door weer eens heel wat vriendelijke mensen, en die avond werd ik bij een ouder koppel uit Parksville uitgenodigd voor zowel het ‘canadian happy hour’ (wijn en snack) en het avondeten. Urenlang gezellig gekletst, en eigenlijk was ik ook zo goed als direct uitgenodigd om bij hun thuis langs te komen. Ook de tweede dag ben ik even bij deze geweldig lieve mensen langs gegaan om wat te kletsen en te vragen naar hun dag. Dit keer waren ze op weg naar de lokale pub (hier is er ook maar één van in dit dorpje) en werd ik ook weer uitgenodigd om mee te gaan. Hier stond ons echter nog wat te wachten: niet lang na ons eten besteld te hebben en onze drankjes te hebben gekregen, kwam er een man langs de tafels die aankondigde dat hij de DJ was (TOTAAL geen ‘DJ type’ als zoiets al bestaat) en er vanavond muziek bingo was. De prijzen waren leuk, maar daar hield het ook helemaal bij op. Eerst draaide hij wat nummers (het allerslechtse wat je kunt vinden van de jaren 90 zo ongeveer, en dan niet grappig-slecht, maar echt afschuwelijk-slecht) en daarna nam een bandje het van hem over: de ingesproken muziekbingo. Het was om te huilen en hilarisch tegelijkertijd. Als dit nu echt het hoogtepunt van de week is van de locals, dan ben ik verbaasd dat er nog mensen wonen hier! We hebben in ieder geval een stukje cultuur meegekregen hier, onvergetelijk!

Vanaf hier was het dan tijd om terug te gaan naar Campbell River en ook de oversteek te maken naar Quadra Island. Voor mijn eerste nachtje in Campbell River had ik wat ‘speciaals’ gepland. Ik had hier al eerder gehoord dat de Walmart het toestaat voor mensen om te overnachten op de parkeerplaats, en had hiervan een aantal dagen geleden het bewijs gezien. Op de uithoekjes waren overal verschillende maten RV’s te vinden. Nu is dit niet direct mijn favoriete overnachtingsplek, en is de walmart ook niet bepaald fantastisch, maar was dit toch voor minstens één nachtje tijdens deze reis op mijn bucket list komen te staan. Dit nachtje kwam al sneller dan gepland: ik was klaar voor de Walmart in Campbell River. Als voordeel: je kunt meteen je boodschappen doen, vaak is er ook nog wel een koffietentje of mcdonals ofzo in hetzelfde gebouw voor eventuele drink- of eetbehoeften (ik was voorzien gelukkig), en er is een waterkraantje + toiletten. Gezien de openingstijden van de Walmart (6 of 7 uur in de ochtend, vaak tot 10 uur ’s avonds) is dit alles wat je nodig hebt – en zijn de voorzieningen zelfs beter dan de meeste campings waar ik de laatste nachten gestaan heb :P Hier waren alleen long-drop toiletten, geen wasbakken en moest je je eigen water pompen (als er al drinkbaar water was). Het enige nadeel is dat ik me in ieder geval toch wel een beetje een zwerver voelde, terwijl ik daar op die parkeerplaats achter mijn auto mijn gasstelletje opzette om mijn avondeten op te warmen. Andere mensen zijn op weg hun inkopen te doen en jij kruipt net je auto uit om een ontbijtje te maken. Toch best een ervaring haha.

Ook is er uiteraard niet echt veel te doen op zo’n parkeerplaats (er is trouwens ook wifi in de walmart – nog iets wat vaak op andere plekken ontbreekt). Naast even checken voor berichtjes en mail, is je avondprogramma dus wat beperkt. Ik had ook besloten om zo veel mogelijk van die parkeerplaats weg te blijven, en ben dan een namiddag / avondje door Campbell River gaan lopen. De planning was om de komende dagen een keer een walvistour te gaan doen en ik had al met een bedrijfje gepraat dat best prima klonk. Nu kwam ik echter een andere aanbieder tegen en ben ik hier even naar binnen gegaan voor wat info. Ze waren hier super vriendelijk, en het klonk eigenlijk wel als een fantastische tour. Voor de laatste dagen hadden ze ook echt veel verschillende soorten wildlife gezien (veelbelovend!) en ze hadden hier zelfs 2 verschillende tours: je kon kiezen of je 4 uur of 6 uur lang op het water wilde zitten. Zo’n langere tour vond ik wel heel goed klinken. Ik ben nog even wat verder gaan wandelen, maar de meeste andere bedrijfjes waren al gesloten. Nog maar even terug gegaan dus, mijn laatste vraagjes gesteld en toen ik erachter kwam dat de tour in een zodiac was – was ik om. Meteen maar boeken voor morgen, de weersvoorspellingen zien er ook goed genoeg uit! Ik was hier ook vooral met de receptioniste aan het praten, maar even later mengden ook de twee andere personen in de kamer zich in het gesprek. Zij bleken de eigenaren te zijn van het bedrijf. De vrouw klonk meteen al erg Nederlands, bij de man twijfelde ik wat meer, maar al snel zei ik dus vragend: jullie zijn oorspronkelijk niet van hier ofwel? En zo dus nog een heel gesprek in het Nederlands gevoerd daar, dropjes aangeboden gekregen en uiteindelijk een leuke korting te pakken voor de trip. Dit had zo moeten zijn!
De volgende dag dan op de boot gestapt: grappig genoeg met 3 andere nederlanders en 2 belgen (normaal zou ik dit soort dingen graag vermijden, maar vandaag kon ik het wel waarderen). Al snel scheurden we de haven uit en dit prachtige landschap van water en eilanden in. Het resultaat hebben jullie misschien wel al zien verschijnen op facebook: aardig snel spotten we al een humpback whale, die we 3x boven hebben zien komen tussen de langere duiken in. Daarna gingen we op weg verder naar het noorden toe, omdat er hier wel een kans zou kunnen zijn om een grizzly te zien. Onderweg hiernaartoe dan aangenaam verrast door een hele groep dolfijnen (die worden hier niet heel vaak gezien) en dan moet ik zeggen dat ik die beestjes toch echt altijd interessant blijf vinden. Ze komen heel wat dichter bij de boot dan walvissen meestal zullen doen, en het speelse gespring en geplons dat ze doen blijft altijd leuk om naar te kijken. Ik had de tour echt geboekt voor de walvissen, maar ik ben super blij dat we deze dolfijnen ook gezien hebben!
Daarna was het een tijdje vooral genieten van het landschap. Ik had gewacht met het doen van een walvistour tot in Campbell River, aangezien ik dacht dat het landschap hier wat interessanter zou zijn om rond te varen dan in een plek als Tofino (of Victoria of wat dan ook). Dit bleek een goede keus te zijn geweest! Alle eilandjes in verschillende vormen en maten, de heuvels in de verte, twee indrukwekkende bergketens aan beide kanten en de af en toe goud oplichtende rotsen die snel overgingen in de dichte bossen van de eilanden hier. Het was heerlijk om over het water te scheuren met de wind in je haar (wel wat frisjes, maar gelukkig hadden we een full body suit gekregen) en aangezien we al wat verschillende dingen gespot hadden, voelde ik me al aardig tevreden over deze dag. Na in twee verschillende baaitjes gekeken te hebben of er misschien een grizzly te zien was, hadden we bij nummer 3 geluk: van ver kon je al een grote bruine vlek zien. Ik had niet durven zeggen of dit een grizzly was of een boomstronk, maar onze gids was er zeker van – er zat daar een grizzly. En zo zijn we dan een stuk dichterbij gevaren en konden we dit indrukwekkende dier lange tijd bekijken terwijl deze ongestoord aan het grazen was. Ze zien er zo ook erg vredig uit, en je kunt je bijna niet voorstellen dat je je zorgen maakt om deze beesten. Ik weet echter wel zeker dat je ze liever niet onverwacht op het land tegen wilt komen, en je daar ook zeker niet zo dichtbij wilt zijn als wij nu.

Zo vliegt de dag voorbij, hebben we lunch half overgeslagen (normaal maak je een langere stop aan land, nu waren we vooral wat hapjes aan het eten tijdens het varen), nog wat zeehonden en zeeleeuwen gespot, maar vooral ook snel doorgevaren want er was een bericht binnen gekomen dat er ook orka’s gesignaleerd waren. Daar moeten we heen dus! De afstanden die we hier afgelegd hebben, waren best aanzienlijk, en vooral later op de dag werd ook het water wat ruiger. Het was een nogal bumpy ride dus (ik helemaal voorop in de zodiac, beetje over golven aan het stuiteren) en het verbaasde me dat ik niet wat zeeziek werd. Helemaal volgehouden gelukkig en alhoewel die boten in de verte lange tijd maar niet dichterbij leken te komen, kwamen we dan uiteindelijk toch op de plek aan en konden we een hele groep transient killer whales bewonderen. Vooral de lange vin van het mannetje was erg indrukwekkend, maar ook het slaan met hun staart op het water en simpelweg de witte vlek van de ogen boven dat water uit te zien komen, was echt fantastisch! Ik denk dat ik van alle dieren hier de orka’s wel het liefst wilde zien, en wat een geluk om daar dan de dag mee af te sluiten! Ik was echt in de zevende hemel vandaag :D

Hierna doorgegaan met de ferry naar Quadra Island, en meteen doorgereden naar een camping in Heriot Bay. En wat een fantastische plek is ook dit weer! De 10 minuten rijden naar de camping waren al idyllisch, op de caming zelf ook even geluk gehad en een ‘waterfront site’ gekregen voor de goedkoopste prijs. Deze avond dus genoten van een kampvuurtje met uitzicht over het water, mijn avondeten op het vuur klaargemaakt, en vervolgens kunnen genieten van een lange avond aan het water en een mooie zonsondergang hier. Ik heb niet te klagen!

Nu ben ik dan alweer een paar dagen op Quadra Island. Ik heb hier wat meer de tijd genomen om ook wat dingen te regelen en het even rustig aan te doen (zodat ik ook even de tijd heb om mijn blog weer af te maken). Daarnaast ook prachtige wandelingen gemaakt, en veel aan het genieten van het zonnetje (alhoewel extreem windy hier!!). De mooiste wandeling hier is zeker het ‘beklimmen’ van de Chinese Mountain. Het was een enigszins pittig, maar ook heerlijk wandelingetje omhoog en na minder dan een uur stond ik al op een fantastisch uitzichtspunt! Hier kan Strathcona Park nog wat van leren :P Het was echt fijn om voor de afwisseling eens niet zo veel uren afzien erin te hoeven steken, en gewoon (en ook continue!) beloond te worden met één van de meest spectaculaire uitzichten tot nu toe.
En om dit verhaal dan af te sluiten: ik zit weer eens aan een picknicktafel op een camping te typen (ditmaal de We Wai Kai campsite, gerund door first nations) en ben ook hier weer omringd door wildlife. Veel ervan zal ik hopelijk niet zien (er wonen hier aardig wat wolven en poema’s heb ik horen zeggen), anderen heb ik vanochtend veelvuldig mogen begroeten (de herten) en nu heb ik aan deze tafel regelmatig het gezelschap van twee hele kleine vogeltjes: de kolibrie. Dit blijft een bijzonder beestje om te zien en ik ben blij het hier in Canada op verschillende plekken al tegen gekomen te zijn.

Over een paar daagjes zal mama alweer hier zijn, dus dan zal het ook wel even stil zijn met updates en vooral veel rondtrekken worden! Misschien komt er daarna weer snel een picknicktafelblog! ;)

Groetjes

  • 31 Mei 2018 - 20:21

    Will:

    Super! wat een mooi verhaal weer Linda! Het resultaat wordt een mooi boek met reisverhalen!!Toch?
    Ook fijn dat mama deze reis naar jou gaat maken, dat zal wel een heel bijzondere ontmoeting zijn, geniet ervan samen !! Heel veel groetjes en blijf ons op de hoogte houden van jouw prachtige avonturen!
    Liefs van Noud en Will

  • 01 Juni 2018 - 09:13

    Carin:

    Hey Linda,
    Weer genieten van je verhaal

  • 01 Juni 2018 - 09:14

    Carin:

    Een hele mooie tijd samen met je moeder.
    xxxCarin

  • 01 Juni 2018 - 09:49

    Ria Blom:

    Hoi Linda,

    Wat een leuk enthousiast verhaal mogen wij weer lezen. Ik heb weer het gevoel dat ik er zelf bij ben.
    Je hebt alweer van allerlei hele leuke en aparte dingen beleefd!!!! Wildlife prachtig.
    Ik heb het geluk dat ik vanaf zondag 2 weken met jou mag doorbrengen in die mooie natuur.
    Kunnen we bijkletsen en volop genieten!!

  • 01 Juni 2018 - 18:09

    Pap:

    Wat een avonturen allemaal

  • 06 Augustus 2018 - 21:43

    Anton:

    Mooi verhaal Linda, wel een lange beschrijving, maar goed.
    De afstand van Mile 0.0 in Victoria naar de Mile 0.0 in St. John's Newfoudland is 7.800 km.
    Dus dat is van de west kust - Pacific Ocean - naar de oost kust - Atlantic Ocean.
    Mijn vrouw en ik hebben dat gereden, heen en weer, in onze motorhome in drie maanden.
    Ik woon nu al over 68 jaar in Canada en heb heel wat gezien.
    Een mooi land om op te zoeken en rond te rijden.
    Anton

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Canada, Campbell River

Canada

Opnieuw een jaartje ertussenuit, ditmaal om Canada te gaan ontdekken!

Recente Reisverslagen:

12 November 2018

Guatemala

12 November 2018

Guatemala

12 November 2018

Guatemala

12 November 2018

Guatemala

04 Oktober 2018

Into the wild
Linda

Actief sinds 16 Okt. 2012
Verslag gelezen: 482
Totaal aantal bezoekers 17244

Voorgaande reizen:

26 Augustus 2017 - 25 Augustus 2018

Canada

26 Oktober 2012 - 25 Oktober 2013

Thailand & Nieuw Zeeland

Landen bezocht: